Lokaal ouderbeleid
Vinci ontwikkelde een ondersteuningstraject voor gemeenten, schoolbesturen, voorschoolse organisaties, bibliotheek en overige relevante organisaties, voor een veel effectievere aanpak van thuisgerichte programma’s (VVE/OAB). Met bereik van de juiste doelgroepouders en een gedifferentieerd en goed onderbouwd palet van ouderprogramma’s.
Een traject dat na twee jaar uitmondt in structureel thuisgericht ouderbeleid van voorscholen, OAB-scholen, gemeenten en bibliotheek. Op zo’n manier dat er uiteindelijk in veel meer lage SES-gezinnen een rijkere taalstimulering voor de jonge kinderen ontstaat En de jonge kinderen een flinke extra impuls ontvangen in hun taal- en cognitieve ontwikkeling.
De aanpak
Een ondersteuningstraject voor gemeenten, schoolbesturen, voorschoolse organisaties en overige relevante organisaties, voor een veel effectievere aanpak van thuisgerichte programma’s. Met aandacht voor differentiatie tussen ouders.
De belangrijkste beoogde opbrengst van dit programma is een impuls aan een meer beleidsmatige (en effectievere) benadering van de Ouderprogramma’s Thuis. Zodat er uiteindelijk in veel meer lage SES-gezinnen een rijkere taalstimulering voor de jonge kinderen ontstaat. En natuurlijk uiteindelijk dat de jonge kinderen daarmee een flinke impuls ontvangen in hun taalontwikkeling.
De huidige benadering vanuit de bibliotheekwereld (met BoekStart in kinderopvang, Bibliotheek op School en gemeentelijke gezinsaanpak) voor het bevorderen van het thuismilieu, voegen we samen met de benaderingen en programma’s die meer insteken vanuit scholen en voorscholen zelf (oab/VVE-programma’s). Om het bereik en de effectiviteit ervan nog verder te vergroten.
Het belang en de historie
Het bevorderen van het ontwikkelingsondersteunend gedrag thuis van met name OAB-doelgroepouders is cruciaal. Want dit thuisgedrag is van grote invloed op de ontwikkeling en de onderwijsprestaties van een kind: voorlezen, steunen en stimuleren, hoge verwachtingen, educatieve spelletjes en programma’s. De meeste ouders vinden hierin wel hun weg, zijn er zelf van huis uit aan gewend. Bij veel ouders van OAB-doelgroepkinderen (lage SES (Sociaal-economische status)) is dit minder het geval. De taal- en rekenachterstanden naar SES zijn zeer fors en effectieve ouderprogramma’s kunnen deze verminderen. Landelijk blijken veel activiteiten gericht op Ouderbetrokkenheid of Leesbevordering echter vooral ouders die het qua opleiding en inkomen beter hebben getroffen te bereiken en niet of weinig bij te dragen aan het verbeteren van ‘gelijke kansen’ voor kinderen.[i] Ouders werden vaak overvraagd, de uitvoering van de programma’s liep spaak en het aanbod was niet op maat, differentiatie ontbrak.
Inmiddels zijn veel bestaande programma’s verbeterd en zijn er nieuwe effectieve ouderprogramma’s (zoals Pageturner) op de markt. In uw gemeente wordt een gedifferentieerd palet van goed onderbouwde programma’s vormgegeven. Met daarbij een differentiatiemodel voor de leerkracht en PM’er om gezinnen te selecteren.
Een pakket van kennisonderbouwde, effectieve ouderprogramma’s ter bevordering van gelijke kansen. Bijzonder aan het aanbod is:
- Daadwerkelijk bereik en effectiviteit voorop
Nederland kende eerder twee golven van ouderprogramma’s (jaren ’70 en rond 2000), momenteel is sprake van een derde golf. De eerdere golven doofden vooral uit omdat de effectiviteit van de programma’s voor ouders met (een achterstand in opleiding en met) beperkte financiële middelen zwaar tegenviel: ze bereikten niet de juiste ouders. En wie wél werden bereikt, deden de beoogde activiteiten (zoals voorlezen) niet. Ditzelfde risico geldt nu. Daadwerkelijk bereiken van lage SES-ouders met ‘passende’, effectieve ouderprogramma’s is daarom de doelstelling van onze aanpak. We kiezen voor een gedifferentieerd aanbod van goed kennisonderbouwde/evidence based-programma’s, op de geschikte ‘vindplaatsen’. - Veel betrokken organisaties en sectoren: verbinding en overzicht van belang
Er gebeurt heel veel rond ouderaanbod: vanuit het onderwijs en vanuit de bibliotheekwereld (onder andere ministerie OCW), aanpak laaggeletterdheid (onder andere ministerie SZW) en vanuit Zorg/Gezondheidszorg (onder andere ministerie VWS). Van belang zijn verbindingen, overzicht verkrijgen en goed oog houden voor ‘effectiviteit’ en borging. En de bestaande netwerken benutten.
- Van programma’s naar geborgen beleid
Rond OAB-ouderprogramma’s spelen al langer diverse ontwikkelingen. Toch ontbreekt het nog steeds aan geborgen, structureel ouderbeleid bij (voor)scholen, gemeenten of consultatiebureaus. In ons aanbod gaan we daarvoor zorg dragen.
De aanpak Impuls lokaal ouderbeleid OAB/VVE’
Onze aanpak bouwt voort op onze zeer ruime ervaring met het versterken van de effectiviteit van ouderprogramma’s en ouderbeleid in de afgelopen decennia. En ons landelijke netwerk van beleidsmakers en wetenschappers op dit vlak en recente pilots in de DAS-gemeenten (Deurne, Asten en Someren; gefinancierd door het PartnerFonds Brainport Eindhoven) en in Zaltbommel (gefinancierd door de gemeente).
Op hoofdlijnen komt er een gedifferentieerd en goed kennisonderbouwd palet aan ouderprogramma’s via de voorscholen, OAB-scholen en eventueel het consultatiebureau. De bibliotheek speelt hierin ook een belangrijke rol. Lokale coördinatie is in handen van de gemeente of de bibliotheek.
Dit aanbod gaan we twee jaar lang uitproberen (met (mede)financiering vanuit gemeentelijke middelen). Op basis van de ervaren opbrengsten zorgen we dat voorscholen en OAB-scholen en wellicht ook het consultatiebureau, van de aanpak structureel beleid gaan maken, gefinancierd met zoveel mogelijk de eigen middelen. Ondersteund door een gezamenlijk ‘Lokaal meerjarenkader ouderbeleid OAB/VVE’.
Benieuwd naar de fases van dit traject? Lees dan hier verder.
De beoogde opbrengst
De belangrijkste beoogde opbrengst van dit programma is dat we een impuls geven aan een meer beleidsmatige (en effectievere) benadering van de Ouderprogramma’s Thuis. Zodat er uiteindelijk in veel meer lage SES-gezinnen een rijkere taalstimulering voor de jonge kinderen ontstaat. En natuurlijk dat uiteindelijk de jonge kinderen zelf daarmee een flinke impuls ontvangen in hun taalontwikkeling.
Meedoen en contact
Heeft u belangstelling voor het programma? Stuur gerust een mailtje naar Walter de Wit,